Biologische strokenteler succesvol in niche

Biologische strokenteler Cornelis Mosselman uit Ooltgensplaat (Z.-H.) heeft de afzet van zijn producten inmiddels aardig goed voor elkaar. Zo’n 80% van zijn groente- en akkerbouwgewassen vindt zijn weg naar de consument via de filialen van een van de grotere supermarktketens. “Als het gaat om onze pluspunten in 2021 dan staat verbetering van de afzet bovenaan in het rijtje. Een efficiënte inzet van arbeid is en blijft onze grootste uitdaging.”

NPPL-deelnemer Mosselman was tot enkele jaren geleden gangbare akkerbouwer. Bodemverdichting, verminderde weerbaarheid van gewassen en afnemende biodiversiteit waren voor hem redenen om het roer om te gooien.

In 2020 schakelde hij om naar biologische strokenteelt op 15 hectare. Dit jaar breidde hij het strokenareaal uit tot 35 hectare. In 2022 gaat dat naar 50 hectare en dan is zijn volledige bedrijf over op, zoals hij dat zelf noemt, regeneratieve akkerbouw.

Landelijke keten

Was tijdens zijn eerste jaar als strokenteler de afzet nog een enorme uitdaging, inmiddels heeft hij dat op de rit. Hij heeft afspraken kunnen maken met een landelijk opererende keten die verreweg het grootste deel van zijn productie afneemt. En dat tegen een goede prijs.

Het resterende deel komt terecht in kleinere korte ketens. “Collega’s die nu omschakelen naar biologisch ondervinden vaak problemen met de afzet. Met strokenteelt en bewerking via vaste rijpaden bevinden we ons in een niche van de biologische landbouw. Dat verhaal spreekt afnemers aan. Maar je moet dan natuurlijk wel topkwaliteit producten aanleveren. Dat is afgelopen jaar over het algemeen prima gelukt.”

Op tijd regen

De weersomstandigheden waren afgelopen teeltseizoen over het algemeen prima. Het regende precies op de goede momenten. Dat was in 2020 juist niet het geval en dat leverde de nodige problemen op; de combinatie van strokenteelt en beregening is ingewikkeld. Hij hoefde dit jaar geen enkele keer te beregenen en dat scheelde veel werk.

De gewassen groeiden prima. Opbrengst en kwaliteit waren beter dan in zijn eerste productiejaar. Daar staat tegenover dat door de vochtige omstandigheden ook de concurrentie van het onkruid groot was. “We moesten er bovenop zitten, maar in grote lijnen is het ons prima gelukt om alles goed bij te houden.”

Klembandrooier

De ontwikkeling van een klembandrooier in samenwerking met een landbouwmechanisatiebedrijf heeft de oogstwerkzaamheden in vergelijking met 2020 een stuk makkelijker gemaakt. Het is gelukt om 100% van de gewassen via de vaste rijpaden te oogsten.

Hij wist het allemaal van te voren, de kostprijs van zijn producten ligt aanmerkelijk hoger dan die in de gangbare akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt. Arbeid in de grootschalige biologische teelt is een belangrijke kostenpost. Hij heeft inmiddels twee medewerkers in vaste dienst. Dat moeten er 3,5 worden als het strokenareaal naar 50 hectare gaat. “Qua arbeid is het allemaal erg pittig om alles rond te zetten. Nog steeds leren en ontdekken we veel. Alhoewel we nu ervaring hebben, is het nog steeds een enorme uitdaging om de werkzaamheden goed op elkaar af te stemmen.”

Naar minder variëteit in teeltplan

Om die reden heeft de teler inmiddels besloten om volgend teeltseizoen minder verschillende producten te verbouwen. Hij houdt aan zijn gewasgroepen, maar kiest dan voor minder aardappelrassen en koolsoorten. Dat legt minder druk op het personeel.

Mosselman kreeg afgelopen jaren soms sceptische reacties als hij over zijn plannen vertelde. “Inmiddels bewijzen wij dat grootschalige biologische strokenteelt in de praktijk mogelijk is, zowel wat betreft teelt als afzet. Onze aanpak sluit bovendien aan bij de maatschappelijke ontwikkelingen. Maar dat wil niet zeggen dat biologische strokenteelt voor iedere akkerbouwer een optie is. Zo’n ontdekkingstocht moet wel bij je passen.”