Boomgericht spuiten speerpunt voor precisiefruitteler Martijn Slabbekoorn

Fruitteler Martijn Slabbekoorn uit het Zeeuwse Kapelle-Biezelinge is een echte pionier in de precisiefruitteelt. Dit jaar neemt hij samen met een collega als eerste fruittelers deel aan het project Nationale Proeftuin Precisielandbouw (NPPL). Binnen de precisiefruitteelt is voor hem het boomgericht spuiten van fruitbeplantingen het belangrijkste speerpunt.

Voor Martijn Slabbekoorn is het gebrek aan voldoende vakkundige medewerkers een heel belangrijke reden om meer met precisiefruitteelt te doen. Een steeds groter deel van het werk in de boomgaard gebeurt al door losse medewerkers zonder fruitteeltopleiding. Dit zal in de toekomst alleen maar meer worden. Op een groot bedrijf van 70 hectare is hij straks de enige vakman met alleen maar losse medewerkers. Dan moet hij weten te dealen met het gevraagde vakwerk in de boomgaard en weinig beschikbare vakmensen. Nu de technologische mogelijkheden steeds groter worden, ziet Slabbekoorn daarin grote kansen voor precisiefruitteelt.

Eenrijige boomgaardspuit

Nieuw is sinds kort zijn eenrijige boomgaardspuit van de Nederlandse fabrikant Hol Sprayings Systems (H.S.S.). Deze is voorzien van GPS, sensoren en aangepaste doppen.  Afgelopen seizoenen spoot hij zijn boomgaard al met een drierijige HSS-boomgaardspuit. Deze spuit met GPS kan op kaartkaart automatisch de doppen aan en uitzetten. Hiermee wordt het aan- en uitzetten van de spuitdoppen op de kopakkers kinderspel. Maar je kunt ook van te voren inplannen dat bijvoorbeeld bij bepaalde bespuitingen de rijen met bestuiverbomen niet meegenomen worden. Ook voorkomt het systeem dat per ongeluk een rij dubbel gespoten wordt. Dit is vooral een gevaar is als je met meerdere spuiten tegelijkertijd rijdt.  Slabbekoorn heeft hier al drie spuitseizoen naar tevredenheid mee gewerkt.

Martijn Slabbekoorn beschikt over een eenrijige boomgaardspuit. Deze is voorzien van GPS, sensoren en aangepaste doppen.

Spuiten op basis van bladvolume

Nieuw is ook de integratie met het registratieprogramma Agromanager. Dit softwarepakket heeft de Vlaamse fruitteler Laurens Tack samen met een bevriende softwarespecialist specifiek voor de fruitteelt ontwikkeld. Het legt niet alleen heel veel gegevens van de bedrijfsvoering vast. De gegevens over percelen die gespoten zijn en ook de gemeten bladmassa op bijna boomniveau gaan nu ook bij Slabbekoorn via realtime 3G-verbinding  naar de cloud. Daar kan de fruitteler en anderen op zijn pc en smartphone de stand van zaken rond het spuiten volgen.  Of als er geen 3G-netwerk is dan zou het ook nog met een ‘ouderwetse’ USB-stick kunnen.

In de loop van het seizoen ontstaat er met de opgeslagen gegevens vanuit de bladscannende sensoren een mooi beeld van het verloop van de bladmassa op boomniveau. Na elke bespuiting en in het seizoen bijna wekelijks krijg je met zes metingen per boom een prachtig dynamisch overzicht. Het mooie van Agromanager is dat je niet alleen de metingen vastlegt maar ook taakkaarten kunt maken voor andere werkzaamheden in de precisiefruitteelt die een relatie met bladvolume en groeikracht hebben.

Duidelijk voorbeelden hiervan zijn het wortelsnoeien en bemesten. Bij bemesten zou je dan alleen de kleinste en rustigste bomen met relatief weinig blad en groei extra compost of kunstmest kunnen geven om zo de groei wat te stimuleren. Met wortelsnoei kun je doelbewust rustig groeiende bomen met minder blad en groei overslaan. Snel groeiende bomen met veel blad en groei  kun je door het afsnijden van wortels met een wortelsnoeimes in groei remmen.

Boomspecifiek bemesten

Slabbekoorn start dit jaar voorzichtig met het boomspecifiek bemesten van zijn perenaanplant met taakkaarten die op basis van dronebeelden in de vorige zomer/herfst boven zijn boomgaarden gemaakt zijn.  Vooral door de ziekte Pear decline groeien bomen soms zwak. Hij wil deze zwakke bomen stimuleren door met de onkruidspuit gericht te bemesten van de bodem met water met daarin opgeloste kunstmest. Het is ook al mogelijk om de compoststrooier te voorzien van GPS waardoor meer of minder boomspecifiek compost strooien ook mogelijk is (maar dat doet Slabbekoorn nog niet).

Voor Midden-Nederland is dit heel interessant. Zwakgroeiende perenbomen die in de loop van de vorstjaren als 2012 wintervorstschade aan de kwee-onderstam hebben opgelopen, kunnen zo gericht met extra mest worden gestimuleerd. Maar door de minder vorstgevoelige ligging in Zeeland en wat meer uniforme percelen speelt dat bij Slabbekoorn niet.

Wel oriënteert hij zich op een nieuwe kunstmeststrooier. Hij verwacht met een nieuwe elektronisch aangedreven kunstmeststrooier met GPS meer boomgericht te gaan bemesten. En dan aangestuurd met taakkaarten op basis van de metingen van het bladvolume door de sensoren op zijn spuit.  Soms zullen deze taakkaarten net als in de akkerbouw wat meer een tweedimensionaal karakter hebben. Met driedimensionale fruitbomen kun je  met de drie boven elkaar staande sensoren op elke spuitboom ook 3D-taakkaarten te maken. En dat is volgens Slabbekoorn wel een unicum in de precisielandbouw.

Dunnen per boom

Boomspecifiek dunnen is ook bij Slabbekoorn in beeld. Vooral bij rassen als Elstar kunnen bomen heel wisselend bloeien. In een rij kunnen bomen staan met weinig bloemknoppen die eigenlijk allemaal nodig zijn voor een goede zetting en oogst.  Terwijl in dezelfde rij ook bomen kunnen staan die overvloedig bloeien en keihard chemisch en soms met de hand gedund moeten worden om een veel te grote dracht te voorkomen.

Door bomen te scannen of met dronebeelden voor het waarnemen van de witte kleur van de bloesem, kun je op basis van deze verschillen rijkbloeiende bomen bespuiten met chemische dunmiddelen als bijvoorbeeld Brevis en slecht bloeiende bomen overslaan.  Dat kan dan met een taakkaart maar zou ook met een aangepaste sensor op de spuit of trekker kunnen.  Het is zelfs mogelijk om tegen de bloei dit met de inzet van Darwin-bloemdunmachine te doen. Maar daar past Slabbekoorn voor.  De Darwin dunt niet alleen bloesem eraf maar beschadigt ook het eerste clusterblad. Daar houdt hij absoluut niet van.

Slabbekoorn wil met precisietechnieken boomspecifiek dunnen en bemesten.

Meer mogelijkheden

Richting toekomst ligt er nog veel meer in het vizier. Het scannen van blad op ziektesymptomen zou nog een optie zijn. Daarvan verwacht Slabbekoorn dat het echt iets voor de lange termijn is.

Bij zijn Pluk-o- gaat hij wel vastleggen op welke GPS-locatie de volgeplukte voorraadkisten gelost worden om zo een beeld van de productieverschillen binnen een perceel te krijgen. Je kunt heel veel oogstgegevens op boomniveau meer vastleggen door met GPS en scantechniek automatisch te wegen en de kwaliteit te meten. Daarin zit volgens Slabbekoorn ook wel het gevaar van een project met onderzoekers. Onderzoekers willen het liefst in de hoogste versnelling alle mogelijkheden onderzoeken maar daar waakt hij voor. Als pionier wil hij wel echt stap voor stap gaan.

In het NPPL-project wil Slabbekoorn vooral leren en ervaren het maximale uit de nieuwe technieken binnen de precisiefruitteelt te halen. Daarnaast hoopt hij erop dat het project ook aandacht genereert voor de nieuwe problemen met betrekking de wetgeving rond gewasbeschermingsmiddelen die door precisiefruitteelt ontstaan. Voor je weet ben je illegaal bezig terwijl je vanuit oogpunt van emissie en milieu juist veel beter bezig bent.

De fruitteler wil in het NPPL-project vooral leren en ervaren het maximale uit de nieuwe technieken binnen de precisiefruitteelt te halen.

 

Wetgeving loopt achter op precisiefruitteelt

Precisiefruittelers ervaren wel dat de wetgeving rond het spuiten met gewasbeschermingsmiddelen achter loopt bij de nieuwe technische ontwikkelingen op het gebied van precisiefruitteelt. In de afgelopen jaren zijn er steeds meer eisen aan inzet  van gewasbeschermingsmiddelen  en het voorkomen van emissie ervan gekomen.  Als voorbeeld noemt Martijn Slabbekoorn de inzet van glyfosaat. Dat mag je volgens het etiket slechts twee keer per perceel toepassen. Als je slaagt om met je onkruidspuit alleen glyfosaat te spuiten op de plekken waar onkruid staat, kun je ontzettend veel onkruidmiddel besparen. Je zult echter wel vaker gaan spuiten maar wel met veel minder middel. Vervolgens loop je dus vast op de eis van maximaal twee keer per seizoen.

De NVWA legt de term perceel uit op het grotere niveau van een heel perceel/kavel boomgaard. Uit oogpunt van precisieteelt zou je misschien wel vijf keer spuiten, maar nooit meer dan twee keer op hetzelfde stukje van het perceel. Dus de term perceel moet volgens Slabbekoorn hoognodig door de wetgever voor precisiefruittelers herzien worden. Zoiets speelt bij heel veel middelen. De pioniers zouden al geholpen zijn met een ontheffing.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.