Gezocht: telers die willen testen met zaaidrones in maïs, tarwe en tulpen

Het zaaien met een drone opent nieuwe mogelijkheden voor telers. Door een dekgewas te zaaien terwijl het hoofdgewas nog op het land staat, kunnen diverse voordelen worden behaald. Tegelijkertijd zijn er nog lessen te leren over de juiste toepassing van zaaidrones. Daarom experimenteert de NPPL komend jaar met zaaidrones bij het onderzaaien van een vanggewas in mais, een groenbemester in wintertarwe en het aanleggen van een levende bodemdekking in tulpen.
Het gebruik van drones bij het zaaien biedt verschillende kansen. Allereerst biedt het de mogelijkheid tot het vroegtijdig inzaaien van een dekgewas. Omdat het dekgewas al wordt gezaaid terwijl het hoofdgewas nog op het land staat, krijgt het meer tijd om zich te ontwikkelen. Hoe langer de groeiperiode, hoe dieper de beworteling. Ten tweede kan het zaaien met een drone de werkdruk verdelen. Na de oogst is er vaak weinig tijd om een dekgewas in te zaaien. Door het vóór de oogst te doen, wordt de werkdruk beter gespreid en kan de teler zich na de oogst richten op andere werkzaamheden. Tot slot biedt het zaaien met een drone een mogelijkheid om een dekgewas te zaaien zonder de bodem aan te raken. Zodoende kan een dekgewas gezaaid worden zonder de bodem te verstoren, of kan gezaaid worden onder omstandigheden waarbij niet over het land gereden kan worden.
Uitdagingen
De afgelopen jaren is er al op diverse percelen ervaring opgedaan met het onderzaaien van dekgewassen met drones. Uit deze eerdere ervaringen is gebleken dat er ook nog verschillende uitdagingen zijn bij het zaaien met een drone. Doordat het zaad breedwerpig wordt gestrooid, komt het op de bodem te liggen. Hierdoor bestaat o.a. het risico op verdroging en predatie. Om te leren hoe met deze uitdagingen om te gaan, gaat de NPPL in 2025 aan de slag met drie focusgewassen. Voor deze focusgewassen biedt de NPPL ondersteuning aan telers die willen experimenteren met zaaidrones. Hierbij zullen studiegroepen gevormd worden waarbinnen deelnemers ervaringen kunnen uitwisselen.
Vanggewas in maïs
Na de teelt van maïs kan er nog veel minerale stikstof in de bodem zitten. Om te voorkomen dat deze verloren gaat, is het van belang om tijdig een vanggewas in te zaaien. Bovendien stimuleert de nitraatregelgeving het tijdig zaaien van een vanggewas na de maisteelt. Door een vanggewas te zaaien terwijl de mais nog op het land staat, kan deze zich al ontwikkelen zonder dat de mais vervroegd geoogst hoeft te worden. Vervolgens kan de gekiemde plant direct doorgroeien na de oogstwerkzaamheden.
Groenbemester in tarwe
Het vroegtijdig zaaien van een groenbemester in tarwe zorgt voor een snelle start van de gewasontwikkeling. Doordat de groenbemester kort vóór de oogst wordt gezaaid, kan deze direct kiemen en het perceel bedekken zodra de tarwe is geoogst. Dit bevordert het bodemleven en geeft de groenbemester extra tijd om biomassa te vormen.
Levende bodembedekking in tulpen
De teelt van tulpen vraagt om de bodem goed te beheren. Het zaaien van een groenbedekkend gewas in tulpenvelden kan helpen om onkruid te onderdrukken en bodemleven te stimuleren. Door het dekgewas net na het planten in te zaaien, kan het zich vestigen en de bodem beschermen tijdens de winter.
Ben je geïnteresseerd om deel te nemen aan één van deze deelonderwerpen? Of wil je andere ideeën delen? Neem dan contact op via thierry.stokkermans@wur.nl.

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.