Techniek ver genoeg om werkzaamheden autonoom uit te voeren

Bij Ted Vaalburg bewerkte de met iQuus uitgeruste New Holland trekker onbemand enkele tientallen hectares op meerdere percelen. Dat ging probleemloos.

In Noord Holland heeft Ted Vaalburg als strategie het land zoveel mogelijk jaarrond begroeid te houden. In dat streven wordt niet kerende grondbewerking toegepast. In de periode dat er geen gewas op het land staat wordt er groenbemester geteeld. Die manier van telen past bij de visie van Vaalburg op het totale systeem van het biologisch functioneren van de bodem ten behoeve van de teelt van een gezond gewas. Groenbemester, en afhankelijk van het perceel ook mest, compost of bokashi, worden in het voorjaar oppervlakkig ingewerkt waardoor er een soort oppervlakte mulching (zie youtube hier onder) ontstaat. Het gevolg is dat er vergeleken met meer traditioneel boeren in het voorjaar meer werk is op het land. Groenbemester klepelen en frezen als voorbereiding op een nieuwe teelt neemt dan relatief veel tijd. Bij Vaalburg is dat op jaarbasis naar schatting toch snel minimaal 300 tot 400 uur. Dat is ook het soort werk dat Vaalburg een week lang uitvoerde met de iQuus uitgeruste New Holland trekker. En ook een van de belangrijke klussen waar Vaalburg op zijn bedrijf mogelijkheden ziet voor een autonome trekker.

Plug and play

Na een korte uitleg was het snel duidelijk hoe het systeem werkt en konden ze bij Vaalburg zelf de trekker programmeren om een perceel te bewerken. Een aantal percelen zijn eerst met GPS op de trekker ingemeten door een keer rondom te rijden. Van percelen waar GPS coördinaten al bekend waren, konden ze die bij Vaalburg ook zelfstandig uit het eigen GPS systeem overnemen. Vervolgens konden ze uit meerdere strategieën kiezen om de trekker te laten rijden. Vaalburg koos ervoor om de trekker op de kopakker achteruit te laten steken en vervolgens een paar werkgangen over te slaan. Steeds aansluitend banen bewerken kan ook. Er zijn meerdere navigatiepatronen te kiezen. En de trekker achteruit langs een gebouw in de hoek van een perceel achteruit laten rijden om vervolgens de bewerking weer op te pakken, lukte ook. Al snel was er genoeg vertrouwen in de autonomie om de trekker ook volledig zelfstandig, zonder toezicht het werk te laten doen. Het hele programmeren konden ze ter plaatse op de trekker uitvoeren. Ook handig volgens Ted, dat je dat niet eerst op kantoor hoeft voor te bereiden.

Zorg voor de bodem is een centraal thema in Vaalburg’s strategie. Dat gaat gepaard met vrij veel voorjaarswerk dat een autonome trekker prima zou kunnen uitvoeren.

Niet elke willekeurige chauffeur

Anderzijds wel een mogelijk nadeel: het vraagt wat specialistische kennis, dus als de persoon met voldoende kennis van het systeem niet beschikbaar is, houdt het even op. Vaalburg werkt met meerdere medewerkers, maar je kunt er niet zomaar iedere willekeurige chauffeur mee op pad sturen. Om hoeken of kanten af te werken kan een chauffeur het ook zo overnemen van de autonomie, want het blijft uiteindelijk gewoon een standaard trekker die daarna ook weer voor ander werk inzetbaar is.

De met iQuus uitgevoerde New Holland werkte met een Kuhn Biofrees om grond voor te bewerken voor zaaien en planten. Saai en simpel werk waar veel uren in gaan zitten en waar autonomie een flinke besparing op kan leveren.

Hufterproof

Om met een autonome trekker zinvol te werken moeten het werk en de machine hufterproof zijn stelt Vaalburg. Er moet eigenlijk niks mis kunnen gaan. De iQuus uitgeruste New Holland bewerkte bij Vaalburg meerdere percelen met een Kuhn Biomulch frees. Eenmaal afgesteld is daar voor de chauffeur eigenlijk geen omkijken naar. De frees zelf is ook tamelijk hufterproof. Zou de aandrijving uitvallen dan rolt de frees verder over het land zonder schade aan te richten. Bij een rotorkopeg is dat anders. Daar kan ooit een keer wat gaan slepen voor de egalisatiebalk die dan een spoor gaat trekken. Een woeler lijkt ook werk voor een autonome trekker, maar daar moet de chauffeur toch nog geregeld ingrijpen om afhankelijk van de grond de werkdiepte wat aan te passen. Veel praktische punten op dat vlak zijn in de toekomst wel op te lossen. Dat zal stapsgewijs gaan waardoor er gaandeweg ook meer toepassingen komen die zich lenen voor autonomie. Maar voorlopig zal het zeker beperkt blijven voor het simpele werk waar weinig fout kan gaan of waar een fout niet veel schade aan kan richten. Autonoom schoffelen, waar bij Vaalburg ook wel wat uren in gaan zitten, zal wat dat betreft een toepassing zijn die voorlopig nog geen realiteit is. Maar sensoren kunnen bijvoorbeeld prima registreren of een aandrijving nog functioneert, of dat er een tand is afgebroken. Machines volledig geschikt maken voor autonomie gebeurt al, maar is vooral een kwestie van tijd. Voor nu is het een kwestie van ervaring opdoen en die ervaring is positief. Met de huidige stand van de techniek is het denkbaar dat Vaalburg genoeg mogelijkheden heeft om een autonome trekker al voldoende mensuren te vervangen om die inzet ook serieus te overwegen.

Ted Vaalburg runt samen met zijn vrouw Nicoline een akkerbouwbedrijf in Noord Holland (de Schermer). Het bedrijf is gespecialiseerd in knolselderij, aardappelen en pompoen. In knolselderij is Vaalburg een echte specialist. Op sociale media, facebook en Instagram is zijn bedrijf te volgen als BOER TED. Het jaar rond levert het bedrijf onder de naam Boer Ted knolselderij als versproduct voor de consument en het ontwikkelde zelfs een eigen product: de ovaalburger. Een belangrijk deel van de teelt is biologisch gecertificeerd. De grootte van dat aandeel wordt vooral bepaald door de vraag in de markt.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.