Met strokenteelt naar weerbaar teeltsysteem

Theo Nieuwenhuis

Theo Nieuwenhuis uit Didam (Gld.) is een van de nieuwe NPPL-deelnemers. Hij begint dit jaar met biologische strokenteelt met minimale grondbewerking.

Hij geeft direct toe, de ommezwaai die hij dit jaar maakt is fors, om niet te zeggen revolutionair. De voormalige melkveehouder Theo Nieuwenhuis wordt dit jaar vollegrondsgroenteteler. Maar dat niet alleen. Dit jaar maakt hij de overstap naar de biologische strokenteelt.

Hij ziet het helemaal zitten. In gloedvolle bewoordingen spreekt hij over zijn zoektocht naar een weerbaar en robuust teeltsysteem, zijn wens om de biodiversiteit boven en onder de grond te verbeteren en het koolstofgehalte in de bodem te verhogen.  

Theo Nieuwenhuis



Naam: Theo Nieuwenhuis (52), werkt in maatschap met zijn vrouw Esther (54)
Plaats: Didam (Gld.)
Sector: biologische vollegrondsgroenten in strokenteelt
Omvang: 50 hectare
Mogelijke gewassen, nog niet zeker:

  • Witte kool
  • Rode kool
  • Voederbiet
  • Suikermais
  • Zonnebloempitten
  • Sperziebonen

Voorrang bestaande telers

Dat gaat overigens niet van een leien dakje. Hij sprak afgelopen jaar met ondernemers die eerder begonnen met strokenteelt. “Maak harde afspraken met afnemers voordat je gaat investeren”, luidde hun advies. Nieuwenhuis snapt inmiddels goed waarom zijn collega’s dat zeiden. “Enkele afnemers waarmee ik voorlopige afspraken had, trekken de melk op. De afzet van biologische groenten groeit minder dan verwacht en gehoopt. Bestaande telers krijgen voorrang. Dat is begrijpelijk, maar voor mij wel een tegenvaller. Toch zet ik door, waarschijnlijk met minder gewassen dan ik begin dit jaar van plan was.”

Deelnemer NPPL

Theo Nieuwenhuis is een van de nieuwe deelnemers van de Nationale Proeftuin Precisie Landbouw (NPPL). “Als er iets precisielandbouw is dan is dat wel strokenteelt.  Bij mijn zoektocht naar een weerbaar en rendabel teeltsysteem kan ik ondersteuning van collega-ondernemers en onderzoekers wel gebruiken.”

Tot 2018 was hij nog gangbaar melkveehouder in Oud-Zevenaar. Hij zag op die plek in de dorpskern weinig perspectief. Een te kleine huiskavel, verouderde bedrijfsgebouwen, de meeste grond in een Natura 2000-gebied, ganzenschade, wateroverlast – allemaal redenen voor hem om na te denken over zijn toekomst als boer. En toen kwam de provincie Gelderland langs die grond zocht voor natuurontwikkeling. Lang verhaal kort: hij verkocht grond en gebouwen aan de provincie en herinvesteerde in een agrarisch bedrijf in Didam, op een steenworp afstand van Oud-Zevenaar.

Bodemadviseur

Dat hij op deze nieuwe locatie overstapt op biologische strokenteelt is niet zo vreemd. Nieuwenhuis is namelijk naast agrarisch ondernemer ook bodemadviseur. Hij begeleidt onder meer melkveehouders die kiezen voor kringlooplandbouw. “Ik zie geen toekomst in voedselproductie met behulp van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen. Het maatschappelijk draagvlak voor intensieve voedselproductie is aan het verdwijnen. Nog belangrijker, in mijn filosofie begint alles bij de bodem en met biodiversiteit onder en boven de grond. Ik wil de biologie zijn werk laten doen. Dat betekent minimale grondbewerking, inzaai van kruidenmengsels tussen de gewassen en plaagbestrijding met predatoren zoals loopkevers, lieveheersbeestjes en sluipwespen. Strokenteelt sluit naadloos aan bij deze principes.”

Het bedrijf heeft een omvang van 50 hectare, waarvan circa 30 hectare bij huis. Op 16 hectare begint hij dit jaar met de teelt van groenten en granen. Op de andere percelen produceert hij ruwvoer voor biologische melkveehouders.

Theo Nieuwenhuis
Nieuwenhuis heeft bokashi gemaakt van rundveemest, compost en gefreesde boomwortels. Dit wordt uitgereden over de akkerbouwstroken. Foto: Jan Willem Stad

Beregening

Als deelnemer aan het NPPL-project wil hij verschillende maatregelen onderzoeken. Als eerste noemt hij beregening. “De combinatie van strokenteelt en beregening is ingewikkeld. Op welke manier geef je de juiste hoeveelheid water op het juiste moment op de juiste plek? Wellicht is druppelirrigatie een mogelijkheid. Ik wil trouwens geen grondwater gebruiken. Daarom overweeg ik een bassin aan te leggen voor de opslag van water uit een nabijgelegen wetering.”

Om de weerbaarheid van de bodem te verbeteren, wil Nieuwenhuis de grond zoveel als mogelijk met rust laten. “Ik kies ervoor om de bodem tussen de gewassen bedekt te houden en dus niet te wieden, maar als dat nodig is te rollen. Dit eerste jaar staat er glas/klaver tussen de gewassen; komende jaren wil ik kruidenmengsels inzaaien met een aantal vlinderbloemigen. Ook dat is een zoektocht. Wat is vanuit bodemkwaliteit en biodiversiteit de juiste samenstelling van het mengsel en welke machine is nodig om in de stroken te kunnen rollen?”

Meer organische stof

Hij wil zich verdiepen in mogelijke maatregelen om het organische stofgehalte in de bodem te verhogen. “Het belang van organische stof staat buiten kijf. Eén procent meer organische stof betekent dat per hectare 400.000 liter water extra in de bodem kan worden vastgehouden. Met een grotere waterbuffer hoeft er in droge perioden minder te worden beregend.”

Een van zijn grote uitdagingen komende weken is om het bouwplan optimaal in te richten. “Dat is een flinke puzzel. Ik ben daarvoor afhankelijk van afspraken met afnemers, de mogelijkheden om mechanisch te zaaien, te poten en te oogsten én van de gewaseisen. Bijvoorbeeld pastinaak kan een keer in de acht jaar op dezelfde strook worden verbouwd. Met dat gewas leg je je dus voor een hele lange tijd vast.”

steenmeel
Nieuwenhuis mengt steenmeel door de organische mest. Dit bevat veel sporenelementen en zorgt daardoor voor een goede wortelontwikkeling. Foto: Jan Willem Stad

Agroforestry

Nieuwenhuis denkt al jaren vooruit. Afhankelijk van de vraag wil hij steeds meer gewassen verbouwen en deze het liefst in de eigen regio afzetten. Agroforestry heeft zijn interesse en hij droomt over een pluktuin. “Dit moet een klein paradijsje worden, waar ik en mijn vrouw hopelijk een aardige boterham aan kunnen verdienen. En wat onze dochter, als zij dat wil, kan overnemen. Zij gaat na de zomer naar de Aeres Hogeschool in Dronten en heeft interesse. Overname door haar is natuurlijk prachtig.”

‘Denktank formeren rond beginnende strokenteler’

De kennis over het produceren van groentegewassen in stroken staat in de kinderschoenen, maar er zijn wel degelijk ervaringen opgegaan, bijvoorbeeld op het proefbedrijf van de WUR in Wageningen. Als deelnemer aan het NPPL-project kan Theo Nieuwenhuis van deze ervaringen gebruikmaken.

Voor de beginnende strokenteler is Jean-Marie Michielsen van de WUR eerste aanspreekpunt. Michielsen is in Wageningen specialist in spuittechnieken. De laatste jaren heeft Jean-Marie ervaring opgedaan door aan de hand van applicaties in Akkerweb taakkaarten voor spuittechnieken aan te maken. Die kaarten zijn gebaseerd op satellietbeelden, bodemscans of data van gewassensoren. Hij begeleidt verschillende NPPL-deelnemers.

Michielsen is onder de indruk van de plannen van Nieuwenhuis. “Van melkveehouder naar groenteteler, van gangbaar naar biologisch en dan ook nog eens starten met strokenteelt. Wie doet hem dat na? Iemand die zoveel stappen tegelijkertijd zet, vind ik dapper.”

Michielsen wil een denktank van praktische Wageningse wetenschappers rond het NPPL-bedrijf formeren. Deze groep gaat komend jaar met de ondernemer meedenken. “Nieuwenhuis kiest voor meer biodiversiteit onder en boven de grond. En voor een betere bodemkwaliteit. De WUR heeft hierover veel kennis. Mechanisatie in strokenteelt is een andere uitdaging voor de ondernemer. Welke machines zijn hiervoor beschikbaar en hoe moeten deze worden afgesteld? Ook daar is al ervaring mee opgedaan bij andere telers en op proefbedrijven. Ik zie het als mijn taak om de juiste ervaringsdeskundigen bij elkaar te brengen die deze NPPL-deelnemer van advies gaan dienen.”
WUR-expert Jean-Marie Michielsen

2 Comments

  • Harry Peters zegt op 01-04-2021 - 20:37 :

    Ik hoop dat het jullie allemaal gaat lukken. Heel veel succes met deze ‘uitdaging’. We zijn benieuwd.

  • ir PGJ Beltman zegt op 02-04-2021 - 12:04 :

    Goed werk. Kunnen we wat meer doen aan regionale afzet? Cooperatie? Voorbeelden?

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.