Succes drone-onderzaai lastig te voorspellen; vocht heeft grote invloed

Brian Salomé in IJzendijke (in het westen van Zeeuws-Vlaanderen) is ‘redelijk tevreden’ over hoe de groenbemester onder de tarwe vandaan is gekomen. Het is 28 juli. De groenbemester is op een deel van het perceel krap een maand eerder met een drone gezaaid. 16 juli is de tarwe gedorst. Na het zaaien is er zo’n tien millimeter regen opgekomen, daarna is het tot de tarweoogst droog gebleven.

‘Wat we nu zien is dat de groenbemester vrij regelmatig is opgekomen. Nog niet heel dik, maar als je beter kijkt, zie je ook nog kiemend groenbemesterzaad. Ik heb er wel vertrouwen in.’ Deels is het soortenrijke mengsel N-Fixx 50 gezaaid. Leverancier DSV zegt daarover: ‘Het is een vorstgevoelig mengsel met fijnzadige gewassen dat makkelijk slijt in de winter. Door de beworteling van de sorghum en de facelia heeft N-Fixx 50 een positief effect op de bodemstructuur en kan het veel organische stof opbouwen. Het is daardoor zeer geschikt vóór de teelt van uien. Meer dan de helft van de zaden bestaat uit vlinderbloemigen waarmee veel stikstof wordt opgenomen.’ Door de vorstgevoeligheid past het mengsel goed in een systeem van niet-kerende-grondbewerking (NKG), waarmee Salomé al enkele jaren experimenteert.

Dronezaai inpassen in onkruidstrategie

Op een ander deel is een klavermengsel van Limagrain met een kleicoating onder de tarwe gezaaid. Bodem- en wateronderzoeker Ardy Saarloos van Wageningen University &Research (WUR) begeleidt het dronezaaiproject in Zuidwest Nederland. Als voordeel van het relatief laat onderzaaien van de groenbemester met een drone, ten opzichte van het gangbare onderzaaien,  noemt hij onder andere de mogelijkheid om na de tarwezaai vrij lang onkruid te kunnen blijven bestrijden. Daartegenover wordt het onmogelijk om in de graanstoppel onkruid (mechanisch) te kunnen aanpakken. Saarloos: ‘Dus zo’n techniek van dronezaaien staat niet op zich. Die moet je in passen in de onkruidstrategie op je bedrijf.’ Salomé: ‘Qua onkruidbestrijding kan dit alleen met een bodemherbicide in het najaar en niet met een bodemherbicide in het voorjaar.’

Akkerbouwer Salomé (links) en WUR Expert Ardy Saarloos op een stoppelveld met groenbemester.

Niet ingewerkt

Saarloos wijst er verder op dat de slagingskans van een met drone ondergezaaide groenbemester erg afhangt van de omstandigheden bij en na het zaaien. ‘Het zaad valt op de grond en wordt niet ingewerkt. Vochtige grond, of beter wat regen in de periode na zaaien, bepalen behoorlijk het resultaat.’ Ook het gewasstadium van het graan speelt een rol. Bij akkerbouwer Remco Westdorp in Sommelsdijk op Goeree-Overflakkee is in een perceel tarwe op 31 mei een grasklavermengsel gezaaid. ‘Dat was, als we nu terugkijken, geen goed moment. Na zaai is het te lang droog gebleven. Je zaait dan ook in een dicht groen, dus onderin donker gewas. Later zaaien was beter geweest. In juli na de bloei, als de korrelvulling op gang is gekomen. ‘Maar’, zegt Saarloos, ‘dat is achteraf gezien. Het had heel anders kunnen uitpakken als het voorjaar niet zo droog was geweest. Ook de gangbaar ondergezaaide klaver is op meer plekken niet geslaagd.’ Op het perceel in Sommelsdijk is slechts hier en daar een plukje gras te vinden. Klaver staat er niet.  

Saarloos: ‘De techniek van dronezaaien staat niet op zich. Je moet het inpassen in de onkruidstrategie.