‘Fantastische besparing door variabele dosering’

Van het voorjaar zat ik samen met NPPL-expert Johan Booij om tafel om de toepassing variabel bodemherbicide in uien te bespreken.

Naast lelies telen wij namelijk ook 100 ha uien, bestaande uit eerstejaars plantuien en zaaiuien. Dit doen we op gehuurde percelen. Omdat we van huurpercelen vaak niet weten wat de bodemtoestand is, laten we van elk perceel een bodemscan maken met de Veris-MSP3. Deze worden uitgevoerd door loonwerker Koonstra. Eurofins neemt een grondmonster voor de bemestingstoestand. Dit levert ons kaarten op voor de variaties in organische stof, ph, ec30 en ec90 op. Die gebruiken we voor verschillende toepassingen, zoals variabele toediening van bodemstimulanten en meststoffen, maar ook variabele toediening bodemherbiciden. Vorig jaar hebben we op basis van de bodemkaarten zelf gevarieerd met de dosering bodemherbicide. Op de zandkoppen iets minder en op de wat zwaardere delen iets meer. Dit alles doen wij in Farmworks.

Redenen voor variabele toepassing

Wij vinden het variëren van de doseringen met bodemherbiciden belangrijk omdat je op onze dekzandgronden vaak tot de volgende conclusies komt: hoog organische stofgehalte betekent vaak hoge onkruiddruk maar het gewas is erg weerbaar, plekken met laag organische stof hebben vaak een lage onkruiddruk maar het gewas is supergevoelig voor gewasreactie/groeiderving/negatieve beïnvloeding van de beworteling. Je bent dan altijd je dosering aan het afstemmen op één van de uitersten.

Opstellen van rekenregels

Johan Booij legde uit dat de WUR-toepassing (Bodemherbicide-app) op Akkerweb werkt met absolute getallen. Hierdoor kan op zanderige percelen flink bespaard worden. De basis voor die rekenregels komt uit proeven waar gekeken wordt wat de minimale effectieve dosering is om onkruiden te beheersen, aangevuld met expert-judgement. Zo zijn er onder andere rekenregels voor Wing P en Stomp.

Rekenregels zijn vaak opgesteld uit een minimale dosering (minimale effectieve dosering), maximale dosering (volgens etiket), een startpunt voor de grafiek (bij welke organische stofgehalte de helling begint) en helling van de grafiek (bij welke OS-gehalte de helling eindigt). Onderstaand een voorbeeld van een dergelijke grafiek.

Voorbeeldgrafiek (rekenregel copyright WUR)
Voorbeeldgrafiek (rekenregel copyright WUR)

Rekenregels in Farmworks

Omdat wij alles al binnen Farmworks doen en niet twee keer dezelfde gegevens willen invoeren, hebben we gekeken hoe we de rekenregels in Farmworks konden invoeren. Een aantal rekenregels hebben we naar eigen inzicht en in gesprek met mijn lokale adviseur aangepast aan de situatie op ons bedrijf. Daarnaast hebben we een aantal nieuwe rekenregels zelf ingevuld voor middelen in de lelies, die niet in de WUR-applicatie zaten, zoals Fresco. Vervolgens konden we op basis van de al geïmporteerde bodemscans eenvoudig taakkaarten maken met de formule.

Voorbeeld Farmworks: bodemscan (organische stofgehalte) als basis
Voorbeeld Farmworks: bodemscan (organische stofgehalte) als basis
Voorbeeld Farmworks: met de formule eenvoudig om te zetten naar een taakkaart
Voorbeeld Farmworks: met de formule eenvoudig om te zetten naar een taakkaart

Fantastische besparing

Wat me opviel is dat we toevallig dit jaar de uien op vrij zanderige percelen hadden, met plaatselijke organische stofgehalten tussen de 2,5 en 9%. Met de formule zaten we dus al aan de onderkant van de dosering. We hebben al onze bodemherbicide-bespuitingen variabel toegediend. Dit leverde een fantastische besparing in middel op, financieel gezien dit jaar gemiddeld € 45,00 per ha. Helaas hebben we geen plaatsspecifieke opbrengstcijfers, omdat we dit in de eerstejaars plantuienteelt technisch nog niet goedwerkend en betrouwbaar kunnen krijgen. Onze jongens viel het tijdens het rooien wel op dat de uien op de zandkoppen veel beter aan de maat en egaler waren dan andere jaren.

Meerwaarde in zowel besparing als opbrengst

Ik verwacht met deze toepassing dan ook zeker meerwaarde in zowel besparing op middel als in de opbrengst. De onkruiddruk was vergelijkbaar met andere jaren. Op de plekken met lagere doseringen was de onkruidbestrijding goed met veel minder gewasreactie dan voorheen. De bespuitingen waren dus effectief genoeg. Wel denk ik dat we op de zandkoppen nog iets scherper kunnen spuiten door de formule aan te passen door de dosering wat later te laten stijgen en dus meer kunnen besparen. Ook een groot voordeel van het werken met formules is dat je heel snel een taakkaart kunt maken. Dit is nu echt minutenwerk. Je doet het dus ook snel, dus qua werk hoeft dit geen belemmering te zijn om er mee aan de slag te gaan.

3 Comments

  • Nicole zegt op 21-10-2019 - 08:20 :

    Zijn de rekenregels, die al bekend zijn, ook al ergens gepubliceerd, zodat ook andere telers buiten NPPL er mee aan de slag kunnen.

  • Corné Kempenaar zegt op 23-10-2019 - 18:36 :

    Het generieke model is gepubliceerd rond 2012. Het gaat echter om de parameters van het model. Deze zijn middel, grondsoort en en gewas specifiek. Vanwege de complexiteit hebben we ze vervat in de kant en klare herbicide app op Akkerweb. Klaar voor gebruik. En voor de ‘doe het zelvers’ is er de zoneringsapp.

  • Corné zegt op 23-10-2019 - 18:51 :

    Het generieke model is gepubliceerd in een PPL-rapport in ik meen 2012. Het gaat echter vooral om de parameters van de rekenegels. Deze zijn middel-, grondsoort- en gewas-specifiek. En daarbij onkruidspectrum in gaten houden.
    Toegang tot die parameters is via de herbicide-vra-app op Akkerweb. Klaar voor gebruik in enkele klikken. En. Oor de ‘doe het zelvers’ is er de zoneringsapp.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.