Hoop op plusje in ruw eiwit met proef stokslabonen

Begin mei liet Gerard Uijterlinde zijn loonwerker een mix van mais en stokslabonen zaaien op een 12 hectare groot demoperceel. De bonen moeten zorgen voor een boost in het eiwitgehalte van de maiskuil.

Hoewel het resultaat zwaarwegender is dan het leereffect, hoopt Gerard Uijterlinde in zijn tweede jaar van deelname aan het project Nationale Proeftuin Precisie Landbouw (NPPL) opnieuw te leren van een proef met het zaaien van een mix van snijmais en stokslabonen in samenwerking met Vruchtbare kringloop Overijssel (VKO).

(tekst gaat verder onder foto)

Begin mei liet Gerard Uijterlinde zijn loonwerker een mix van snijmais en stokslabonen zaaien op een demoperceel. De bonen moeten zorgen voor een boost in het eiwitgehalte van het rantsoen. Foto’s: Stadje Media

Derde jaar experimenteren met mix

“Dit is het derde jaar dat we een gedeelte van een perceel – 2,5 hectare om precies te zijn – inzaaien met zo’n mix. De eerste twee jaren zaaide de loonwerker 100.000 zaden/hectare met een mix van 60% maiszaden en 40% stokslabonen. Daarvan was de drogestofopbrengst uiteindelijk minder dan van een vergelijkbaar maisgewas en dat viel tegen want de drogestofopbrengst blijft toch leidend. Dit jaar hopen we met een mix van 70% maiszaden en 30% stokslabonen en 120.000 zaden/hectare, dezelfde droge stofopbrengst te hebben als het ernaast gezaaide reguliere maisgewas. Dit is mede mogelijk dankzij het beschikbaar komen van speciale bonenrassen die speciaal voor dit doel gekweekt zijn en unieke eigenschappen bezitten die veel beter passen in deze mengteelt. De stokslabonen zorgen voor eiwitvastlegging in het gewas en moeten zorgen voor een plusje in ruw eiwit in het rantsoen zodat we minder soja- of raapschroot aan hoeven te kopen.”

De melkveehouder in Deurningen (Ov.) koopt de zaden kant-en-klaar gemixt in bij MOVO-Zaden, een groothandel die vooral gespecialiseerd is in maiszaden. Het gebruikte mengsel heet Beancorn. Het eerste jaar (2020) is een zadenmengsel gebruikt dat niet goed bij elkaar paste en uiteindelijk mede dankzij de droogte en het gewicht van de stokslabonen ging legeren en vervolgens met moeite geoogst kon worden.

(tekst gaat verder onder foto)

De zadenmix met 70% maiszaden (lichtrood/oranje) en 30% stokslabonen (donkerder en gespikkeld) is zorgvuldig geselecteerd op grootte, soortelijk gewicht en bonenras. “De stokslabonen rijpen relatief laat af zodat ze nog groen zijn zodra de snijmais oogstrijp is. En de bonen lopen dankzij hun grootte en gewicht netjes mee in de zaaimachine.”

Onderdeel strokenteelt proef

De 18 meer brede stroken met in totaal 2,5 hectare snijmais/stokslabonen is onderdeel van een 12 hectare groot demoperceel waarop verder gras/klaver, snijmais, met Mycorrhiza gecoate snijmais, niet-kerende grondbewerking en vier verschillende rassen voederbieten van LG in stroken worden geteeld. 18 meter is daarin de basismaatvoering omdat de grasmaaicombinatie van de loonwerker 9 meter breed is. Tezamen met de 12 meter brede zodenbemester resulteerde dit in gras/klaverstroken van 36 meter breed.

De zaaimachines (snijmais en voederbieten) werken beiden 6 meter breed en dat geldt ook voor de maishakselaar. “Het uitrekenen van de breedte van elke strook en vooral ook de volgorde in verband met de vruchtwisseling kostte toch wel de meeste hoofdbrekens”, bekent Gerard. “De gekozen gewassen moeten enerzijds zorgen voor een uitgebalanceerder rantsoen voor de 180 melkkoeien – stokslabonen voor eiwit en voerderbieten voor suiker, voor snelle energie – en ik verwacht ook dat strokenteelt uiteindelijk natuurlijke bestrijding van luis in voederbieten mogelijk maakt.”

(tekst gaat verder onder foto)

De 18 meter brede stroken met in totaal 2,5 hectare snijmais/stokslabonen is onderdeel van een 12 hectare groot demoperceel waarop verder gras/klaver, snijmais, gecoate snijmais, niet kerende grondbewerking en vier verschillende rassen voederbieten in stroken worden geteeld.

Gecoate maiszaden

De gecoate maiszaden die Gerard dit jaar op hetzelfde proefperceel laat zaaien zijn eveneens afkomstig van MOVO-Zaden. “Die Movo Myco coating bestaat uit een combinatie van Mycorrhiza en bacteriën en moet ervoor zorgen dat in de bodem aanwezige mineralen, sporenelementen en vocht beter worden benut zodat minder stikstofbemesting nodig is.”
Of de proef met de combinatie van snijmais en stokslabonen dezelfde hoeveelheid droge stof oplevert als de naastliggende strook reguliere snijmais, moeten analyses van monsters van het hakselen in september uitwijzen. “Doordat het met dit bonenras gelukt is om het giftige stofje lectine er zo goed als helemaal uit te kweken, zijn deze bonen zeer geschikt om te voeren. De meeste peulvruchten voor menselijke consumptie worden vanwege de lectine altijd eerst gekookt.”

Bekijk de video:

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.